Rechten Mensch En Burger 1795

De Rechten van den MENSCH en van den BURGER

English translation

High res version bron

De Rechten van den MENSCH en van den BURGER

1795

HET EERSTE JAAR DER BATAAFSCHE VRIJHEID

ARTICUL I.

Alle Menschen worden met gelijke Rechten gebooren en deze Natuurlijke Rechten kunnen hun niet ontnomen worden.

II.

Deze rechten bestaan in Gelijkheid, Vrijheid, Veiligheid, Eigendom en Tegenstand aan Onderdrukking.

III.

De Vrijheid is de magt welke aan ieder Mensch toekomt om te mogen doen al het gene anderen in hunne Rechten niet stoort; de Natuurlijke bepaling der Vrijheid bestaat derhalve in deze stelling: DOE NIET AAN EENEN ANDEREN HETGENE GIJ NIET WILT DAT AAN U GESCHIEDE.

IV.

Het is dus ieder geoorloofd zijne gedachten en gevoelens aan anderen, het zij door middel van de Drukpers, of op eenige andere wijze, te openbaaren.

V.

Ieder Mensch heeft het Recht om God zodanig te dienen als hij wil; zonder daarin, op enigerlei wijze, gedwongen te kunnen worden.

VI.

De Veiligheid bestaat in de zekerheid van door anderen niet gestoord te zullen worden in het uitoefenen van zijne Rechten, noch in het vreedzaam bezit van wettig verkreegene eigendommen.

VII.

Ieder moet stem hebben in de Wetgeevende Vergadering der geheele Maatschappij; het zij persoonlijk, het zij door eene, bij hem mede gekozene, Vertegenwoordiging.

VIII.

Het oogmerk van alle Burgerlijke Maatschappijen moet zijn, om aan de Menschen het vreedzaam genot van hunne Natuurlijke Rechten te verzekeren.

IX.

De Natuurlijke Vrijheid van alles te mogen doen wat anderen in hunne Rechten niet stoort, kan nimmer verhinderd worden, dan wanneer het oogmerk der Burgerlijke Maatschappij zulks volstrektelijk vordert.

ARTICUL X.

Diergelijke bepalingen der Natuurlijke Vrijheid mogen niet gemaakt worden, dan door het Volk, of deszelfs Vertegenwoordigers.

XI.

Niemand kan derhalve verplicht worden iets van zijne bijzondere eigendommen aan het algemeen te moeten afstaan, of opofferen; zonder dat zulks door den wil des Volks, of van deszelfs Representanten, uitdrukkelijk bepaald zij, en na eene voorafgegane schadevergoeding.

XII.

De Wet is de vrije en plechtige uitdrukking van den algemeenen wil; zij is voor allen gelijk, het zij om te straffen, het zij om te belonen.

XIII.

Niemand mag gerechtelijk beschuldigd, gearresteerd en gevangen gezet worden, dan in zodanige gevallen en volgende zodanige formaliteiten als welke, door de Wet zelfve, te vooren bepaald zijn.

XIV.

Ingevalle het noodzakelijk geoordeeld wordt iemand gevangen te neemen, mag een ieder niet strenger behandeld worden, dan volstrekt nodig is om zig van zijn persoon te verzekeren.

XV.

Daar alle Menschen gelijk zijn, zijn zij ook alle verkiesbaar tot alle Ampten en Bedieningen, zonder eenige andere redenen van voorkeur dan die van deugden en bekwaamheden.

XVI.

Een iegelijk heeft het Recht om van ieder Amptenaar van het publiek bestuur, rekening en verantwoording van deszelfs bewind te helpen afvorderen.

XVII.

In het Recht van ieder Burger om zijne belangen in te brengen bij hun, aan welke de publieke magt toevertrouwd is, kan nooit de geringste bepaling gemaakt worden.

XVIII.

De Soevereiniteit berust bij het geheele Volk en geen gedeelte deszelfs kan zich dezelve aanmatigen.

XIX.

Het volk heeft, ten allen tijde, het recht om zijne Regeerings-vorm te veranderen, te verbeteren of eenen geheel anderen te verkiezen.

--:--

EEN HART EEN HAND VOOR 'T VADERLAND

Onder aan het volgende versje:

VERLICHTING schept haar glans uit GODS oneindig wezen.

En zij bestraalt den grijzen TYD.

MINERVA doet elk vorst haar Wapenrusting vreezen, Aan 't heil der volken toegewijd.

GELIJKHEID leert ons gul, als broeders, samen leven, Beschermd, verdedigd door DE WET.

Zo word de VRYHEIDSSPEER eendragtig opgeheven, En, als 's LANDS OUTER, vastgezet.

Zo zal DE ZEGEKRANS der VREDE hen bekronen, Die fier DE RECHTEN VAN DEN MENSCH zig waardig tonen!

Outer = altaar.

http://resources4.kb.nl/resources401/dpo/4035/pdf/dpo_4035.pdf http://www.earlydutchbooksonline.nl/nl/view/image/id/dpo:4035:mpeg21

Ook is er een publicatie "Openlijke en plegtige erkentenis van de rechten van den mensch en den burger; gedecreteerd den 31 januarij 1795 H. de Haas / 1795", waarin een extra artikel (X) tevoorschijn komt:

IX. Dat dus de natuurlijke vrijheid van alles te mogen doen wat anderen in hunne rechten niet stoort, nimmer verhinderd kan worden, dan wanneer het oogmerk der Burgerlijke Maatschappijen zulks volstrektelijk vordert.

X. Dat diergelijke bepalingen der natuurlijke vrijheid niet mogen gemaakt worden dan door het Volk of deszelfs Vertegenwoordigers.

Meer stukken: http://opc4.kb.nl/DB=1/SET=2/TTL=1/CMD?ACT=SRCHA&IKT=1016&SRT=YOP&TRM=rechten+mensch++burger